Op maandag 15 april 2012 vond een politieke vergadering plaats van de werkgroep ‘Water’ van de EGTS West-Vlaanderen/Flandre-Dunkerque-Côte d’Opale. Deze werkgroep, waarvan de gouverneur peter is, werkte een concreet voorstel van oplossing uit voor de afwateringsproblematiek van de Moeren. Doelstelling van de vergadering was om de resultaten te vernemen van de studie inzake het kanaal van Veurne-Duinkerke. Bedoeling is om de afwatering van de Moeren bij piekdebieten via dit kanaal te laten gebeuren, richting Duinkerke. Het voorstel houdt concreet in dat er in Vlaanderen een doorsteek komt van het Ringslot in de Moeren via de Speyevaart naar het kanaal Veurne-Duinkerke. Op Frans grondgebied is een bijkomende doorsteek nodig in Duinkerke vanaf het Canal Exutoire naar de Noordzee. Om de haalbaarheid van het voorstel tot oplossing te toetsen, en zeker te zijn dat het probleem van de wateroverlast niet wordt verplaatst, startte het Institution Interdépartementale des Wateringues (IIW) begin dit jaar met een studie. Het IIW nam de kosten voor deze studie op zich, maar zowel het Vlaams Gewest als de Provincie West-Vlaanderen zorgen voor een insteek van gegevens en meetresultaten zodat een volledig grensoverschrijdend mathematisch model werd gemaakt. De studie moest uitwijzen in hoeverre ingrepen aan de waterafvoer op het terrein het nodige effect zullen hebben en raamt tevens het financieel plaatje. De resultaten van de studie zijn alvast positief en tonen aan dat de nodige investeringen in het kader van de gekozen oplossing economisch verantwoord zijn. De werkgroep schaarde zich unaniem achter deze resultaten. Een technische werkgroep zal nu een draaiboek opstellen met daarin alle verdere stappen die ondernomen dienen te worden.