Beste lezer
In één van zijn romans komt Paulo Coelho erachter dat treinrails 143,5 centimeter, of 4 voet en 8,5 duim, van elkaar liggen. Waarom zo'n rare maat? Coelho gaat op zoek en vindt het volgende: omdat ze in het begin, toen ze de eerste spoorwagons bouwden, hetzelfde gereedschap gebruikten als bij de bouw van postkoetsen. Waarom stonden de wielen van de koetsen dan op deze afstand van elkaar? Omdat de oude wegen die breedte hadden. Wie heeft er ooit bepaald dat de wegen die breedte moesten hebben? En plotseling moeten we terug naar een ver en grijs verleden: de Romeinen, de eerste grote wegenbouwers, hebben dat bepaald. En wat was de reden? Hun strijdwagens werden getrokken door twee paarden - en wanneer we de paarden die in die tijd gebruikt werden naast elkaar zetten, komen we uit op een breedte van 143,5 centimeter. Zodoende is de afstand tussen de rails waar onze ultramoderne TGV over rijdt uiteindelijk bepaald door de Romeinen. Toen de emigranten naar de Verenigde Staten trokken om daar spoorwegen aan te leggen, kwam het niet in hen op voor een andere breedte te kiezen; ze hielden dezelfde standaard aan. Het heeft zelfs consequenties gehad voor de bouw van de spaceshuttle: de Amerikaanse ingenieurs vonden dat de brandstoftanks breder moesten zijn, maar ze werden in Utah gebouwd, moesten per trein naar het Space Center in Florida vervoerd worden en de tunnels waren niet breed genoeg. Kortom, de Amerikaanse ruimtevaarders moesten zich neerleggen bij iets wat de Romeinen als de ideale maat hadden vastgesteld.