Omdat armoede onaanvaardbaar is
Omdat armoede iedereen aanbelangt
Armoede woekert in bijna alle aspecten van het leven. Een groeiend aantal mensen wordt geconfronteerd met armoede en voor almaar meer mensen komt de armoedeval vervaarlijk dichterbij. Het zijn harde tijden en we staan voor belangrijke uitdagingen.
Mensen in armoede worden geconfronteerd met uitsluiting op diverse terreinen: huisvesting, onderwijs… Door onder meer slechte huisvesting en werkloosheid hebben ze niet de kans volwaardig aan de samenleving deel te nemen. Armoede is een situatie waarin iedereen terecht kan komen. Denk maar aan de gevolgen van faillissement, werkloosheid….
In zijn rede voor de provincieraad gaat de gouverneur dieper in op armoede in haar diverse facetten.
Dialoog en participatie zijn belangrijk
De gesprekken die de gouverneur gevoerd heeft met de verenigingen waar armen het woord nemen en de veldwerkers hebben hem kostbare kennis bijgebracht. Op die manier heeft hij de leefwereld van de armen enigszins leren kennen. Het is een opdracht van elk van ons om begaan te zijn met deze problematiek en de solidariteit tussen de mensen aan te moedigen.
De school heeft een belangrijke rol
In zijn rede gaat het onder meer over de belangrijke rol van de scholen. Onderwijs en vorming zijn cruciale sleutels tot volwaardige socio-professionele perspectieven en het voorkomen van armoede.
Kansarme kinderen gaan net als andere kinderen naar school. Zij hebben net als andere kinderen het recht en de plicht om te leren en zij krijgen in principe net dezelfde mogelijkheden aangereikt om een diploma te halen. Toch blijkt dat heel wat kinderen uit lagere sociale milieus sneller doorstromen naar het bijzonder onderwijs, vaker hun jaar moeten overdoen en over het algemeen een lager diploma behalen dan hun leeftijdsgenoten van een hogere sociale afkomst.
Ervaringsdeskundigen
De gouverneur wijst op de belangrijke rol van ervaringsdeskundigen die hun relaas over de innerlijke wortels van armoede brengen op allerlei initiatieven vanuit scholen, serviceclubs, en socioculturele verenigingen in West-Vlaanderen.
Leerkrachten, thuisverplegers, poetsdiensten, erfbetreders,… vervullen een belangrijke signaalfunctie.
Er wordt gesuggereerd dat de provincie een website uitbouwt met een overzicht van alle initiatieven van scholen en andere organisaties die de kracht en insteek van onderwijs ondersteunen, zoals huistaakbegeleiding en mentorschap.
Wegwijs en vereenvoudiging
De gouverneur vestigt ook de aandacht op een doordacht taal- en een aangepast communicatiebeleid van alle publieke diensten, zonder drempels voor wie het moeilijk heeft.
Wat met de jonge tieners?
In zijn rede behandelt hij onder meer ook het belang van de jeugdbewegingen Vanuit het werkveld armoedebestrijding begreep de gouverneur dat er nood is aan initiatieven die zich richten op kinderen en jongeren voor wie het aanbod van de jeugdbeweging minder aansluit op hun leefwereld. Idealiter gaat het er echter om dat kansarme jongeren vanuit de beschermde omgeving vanuit een eigen jeugdwerking kunnen doorgroeien naar de reguliere jeugdbeweging. Kinderen en jongeren in armoede hebben immers een verhoogd risico om gekwetst te worden doordat er meer risicofactoren zijn.
Sociale huisvesting en cohousing
Ook het belang van de sociale huisvesting komt aan bod. Een sociale woning biedt nog steeds de beste woonzekerheid voor mensen met een laag inkomen. Nu zijn er nog steeds te veel mensen die te lang op een sociale woning moeten wachten. Er zijn nog altijd veel te weinig sociale woningen. Ook is er nood aan huurprijsbeheersing en zeker ook aan een premiestelsel en fiscale stimulansen die aanzetten tot renovatie en betere energieprestatie. Zaken die in de eerste plaats de kwetsbaarste bewoners ten goede komen. Alternatieve woonvormen zoals kangoeroewonen en cohousing kunnen mee een oplossing zijn voor de woonnoden van maatschappelijk kwetsbare mensen.
Energiekosten en goedkope woningen in dorpen
De gouverneur heeft het ook over de energiekosten en energiearmoede. Door de stijgende energieprijzen wordt de sector met de kwalijke gevolgen van de armoedeval geconfronteerd. 15% Vlamingen leeft in een huishouden waarvan de referentiepersoon aangeeft moeilijk tot zeer moeilijk de eindjes aan elkaar te kunnen knopen. Dat heeft repercussies op het betaalgedrag.
West-Vlaanderen heeft veel buitengebied. Op het platteland wonen is tot 20% duurder dan in de stad onder meer door de vervoersafhankelijkheid. Vanwege de lagere woningprijzen in de dorpskernen is er almaar grotere aantrekkingskracht ook voor de mensen in armoede. Veel plattelandswoningen zijn aan renovatie en energiebesparende investeringen toe. Armoede is op het platteland een sterk onderschat probleem. Daar is ook nog veel onderbescherming, omdat het stigma van armoede er meer weegt.
In de loop van de jaren krijgt deze landelijke context ook te maken met een aantal maatschappelijke evoluties waardoor het dienstverleningsaanbod naar bewoners van dorpen onder druk komt te staan. Er is de tendens van schaalvergroting waardoor diensten wegtrekken uit de dorpen, diensten die meer en meer specialistisch worden waardoor mensen de bomen door het bos niet meer zien.
De buurt kan heel wat in beweging brengen
De buurt speelt in dit verhaal een belangrijke rol. Een sterke samenleving in buurten, wijken en dorpskernen steunt grotendeels op solidariteit. De gouverneur houdt een pleidooi over het sociale belang van buurten en van solidariteit.
Twaalf tips voor actie
De rede over armoede is voor de gouverneur een engagement naar West-Vlaanderen. Hij schuift 12 actiepunten naar voren. Hij engageert zich ertoe om te
faciliteren en initiëren waar hij kan opdat ze gerealiseerd worden. Hij hoopt op het engagement van de provincieraad om hiervan werk te maken.
De volledige tekst van de rede vind je hierbij:
2012 rede gouverneur